Het was lang een sprookje wat werkelijkheid werd. Legale wiet die een miljardenindustrie deed ontstaan, meer grip op de volksgezondheid bij consumptie en belastingopbrengsten voor de staat. De legalisering van de markt voor Cannabis in Canada en een groot aantal staten in de VS heeft tot een ware goudkoorts geleid. Het heeft geleid tot het ontstaan van giganten met een beurswaarde van 10 miljard euro (Canopy growth) die tot 100 maal de jaaromzet beloopt. Zelfs de techsector kent niet dergelijke ratio’s en ook daar wordt eerst vooral veel verlies geleden om maar snel te groeien en zo de schaalvoordelen van de “first mover” te kunnen pakken. Een gewas, wat geteeld wordt met alle technieken die de glastuinbouw de afgelopen decennia heeft ontwikkeld, heeft hiermee een impact die duidelijk gevoeld kan worden tot in Nederland. Installatiebedrijven hebben enorme kansen gekregen, en omdat het om een product wat residuvrij geteeld moet worden, zijn ook de kosten voor (biologische) gewasbescherming enorm. Het kan gelijk zijn aan de kosten voor een ecologische paprikateelt, maar ook een factor 30 hoger uitvallen, afhankelijk van de aanwezige plagen, ervaring van de teler en het type product wat geteeld moet worden. De gekte die de afgelopen jaren in Noord-Amerika is ontstaan doet denken aan die van de tulpenbollen van de gouden eeuw, of de internetbubbel van einde 20e eeuw. Dergelijke bubbels hebben de neiging een keer te klappen, en dat gebeurt momenteel ook in Canada waar de investeerders waar voor hun geld eisen, maar nog niet altijd krijgen. Logisch dat de druk om ook in Nederland, wereldwijd beschouwd als gidsland vanaf de midden jaren ’70, versneld te gaan werken aan legalisering. Dankzij die 40 jarige traditie is er een stevige infrastructuur, veel genetica en teeltkennis beschikbaar, maar dan zonder grootschalige spelers waar bierbrouwers ruim 3 miljard euro in hebben geïnvesteerd zoals in Canada. Het experiment waar nu de voorbereidingen voor getroffen worden moet de Nederlandse overheid grip op de ontwikkelingen laten houden. Insiders zijn hier niet ongelukkig over, maar vinden het tempo nog wel erg laag. De sector die in Nederland nog ondergronds opereert omdat de achterdeur nog illegaal is wil wel op de radar komen, maar liefst niet meteen weggevaagd worden door het grote geld van beursgenoteerde ondernemingen. Als dit leidt tot een geleidelijke legalisering zonder de de verkwisting van kapitaal die bij de leercurve van de Canadezen hoort zou dat mooi zijn maar ik ben benieuwd hoe t.z.t. in Nederland deze clash tussen goedzoekers en de gevestigde, illegale, sector uit zal pakken.