top of page
Micromus angulatus adult 4.jpg

Micromus

Bemisiabestrijding in Poinsettia is topsport!

Komende weken gaan de eerste poinsettia’s alweer richting Duitsland! Hoewel de consument de plant vooral associeert met de feestdagen, begint voor telers in juli al de strijd om een mooie en wittevliegvrije kerstster af te leveren!

De poinsettia komt bij de meeste telers als bewortelde stek aan. Op de karren wordt al de eerste check op wittevlieg gedaan. Vooral Bemisia kan in kerststerren een groot probleem zijn, dus het is raadzaam vanaf het begin scherp te zijn.


De poinsettia's worden midden in de zomer al opgepot. De planten hebben dan veel water nodig en krijgen te maken met uitdagende omstandigheden wat betreft warmte en droogte. Wortelziekten als Pythium liggen op de loer! Sinds dit jaar heeft Asperello een toelating in sierteelt. Dit middel op basis van de schimmel Trichoderma asperellum T34 is zeer geschikt om al bij de beworteling en of direct na het oppotten toegepast te worden. Zo hebben de wortels extra residuvrije bescherming tegen wortelziekten.


Na het oppotten gebruiken telers nematoden (Steinernema spp), bodemroofmijten (hypoaspis) en bodemroofkevers (Atheta) tegen varenrouwmug en oevervlieg. De larven van deze insecten kunnen aan de jonge wortels vreten en hierdoor uitval veroorzaken.


In de beginfase ziet men vaak snel trips in de jonge planten. De tripsdruk is o.a. afhankelijk van de vorige teelt (tripsgevoelig?) en de teeltmethode. Gebruikt men teelttafels die schoon gemaakt worden, of heeft men gronddoek waar tripspoppen makkelijk in weg kunnen kruipen? Indien je tripsdruk hebt is het echt zaak dit aan te pakken, want het kan zeker voor schade zorgen in poinsettia.

Om trips en wittevlieg direct goed te kunnen monitoren is het raadzaam gele vangplaten op te hangen en deze wekelijks te controleren. Daarnaast zijn ook gewaswaarnemingen van belang! Naast trips en wittevlieg kan ook Duponchelia soms een probleem zijn. Vergeet niet hier ook wat feromoonvallen voor op te hangen om te monitoren, ook al in de teelt ervoor!


In de oppotfase zie je grofweg 2 strategieën. 1. Het spuiten met integreerbare middelen tegen trips en wittevlieg. 2. Vanaf het begin direct roofmijten en sluipwespen inzetten (en bijvoeren). De keuze is per teler en teeltsituatie verschillend. Is er veel tripsdruk? Heb je direct al Bemisia in de stek? Heb je betonvloeren, waarbij de relatieve vochtigheid wellicht wat laag is voor roofmijten? Wat zijn de eisen van de afnemers? Dit zijn zaken die de adviseur en teler meenemen in de keuze van strategie.


Na het wijderzetten gaan steeds meer telers over op vooral sluipwespen inzetten (al dan niet aangevuld met roofmijten en bijvoeren met nutrimite™). Je ziet dat je met spuiten al snel niet meer goed onder het blad kan komen en het effect van een bespuiting daarom niet altijd is zoals men hoopt.


Vanaf nu is het goed monitoren wat er in de kas gebeurt. Ga niet alleen af op plaattellingen maar draai ook regelmatig planten om, om te checken op trips en wittevlieg. Bemisia is niet altijd heel actief maar kan lokaal wel degelijk een haard gaan vormen. Ook nu blijft het maatwerk. Is een partij of afdeling al weken schoon of ziet u een haard ontstaan. Hoe lang staat een partij nog? Is ie voor Engeland of voor een ander land bestemd?


Bespreek met uw Biobest adviseur hoe u uw planten schoon richting uw klanten krijgt!

bottom of page