
Enkele weken geleden was het onderwerp Cannabis hot in de tuinbouwmedia. Kubo en PDI zochten de publiciteit om te pleiten voor een versnelde ontwikkeling richting legalisering (met focus op medicinale cannabis) om te voorkomen dat in landen als Canada een beslissende voorsprong genomen zou worden op de productie, waarbij alle know-how voor de teelt uit Nederland afkomstig is (wist u trouwens dat in in een land als Zwitserland wel 600 legale producenten actief zijn?). Dit heeft zelfs tot een gesprek met de premier in het “torentje” geleid, dus tot zover missie geslaagd Maar hoe nu verder? Nederland zou een voortrekkersrol kunnen vervullen op basis van de genetica en de technische- en teelt know how en die we bezitten. Na de trostomaat in de 90er jaren van de vorige eeuw en phalaenopsis aan het begin van de 21e, zou productie van cannabis een nieuwe motor kunnen vormen van de glastuinbouw. Innovaties richting automatisering kunnen dan dichtbij huis een versnelling krijgen en voor je het weet is de autonome kas van de toekomst gevuld met cannabisplanten. De enorme opbrengsten per m2 maakt het mogelijk om flink te investeren en te innoveren in productiesturing, automatisering en verwerking met een flinke spin off naar andere teelten. Een vergezicht waar de glastuinbouw wel wat mee kan, ook omdat de productie relatief weinig areaal vraagt. Met een kas van 3 hectare in het Westland ben je al een hele meneer. Per vandaag is de landelijke, maar zeker ook de lokale overheid nog de remmende factor. Daar ligt de focus op beheersing van de overgang van gedogen naar legalisering waarbij de criminaliteit teruggedrongen moet worden en de publieke opinie en daarmee de politiek niet persé pro legalisering is. Veel politieke voetangels en klemmen dus terwijl de glastuinbouw vooral kijkt naar het economisch perspectief. Wat mij betreft vergeten we die koudwatervrees en gaat inderdaad met volle kracht gewerkt worden aan een geleidelijke legalisering. Het Nederlandse ondernemerschap en onze wereldbefaamde groene vingers staan garant voor het ontstaan van een nieuwe “groene” motor met een spin off naar high tech en kan vele ontwikkelingen versnellen waardoor onze wereldwijde positie als innovator versterkt kan worden. Beter dat, dan een demonstratie van de “wet van de remmende voorsprong”, een oefening waar de (lokale) overheid niet in verstrikt zou moeten raken.